Delen kan via je browser. Dank daarvoor !

Overblijvende ossentong
Pentaglottis sempervirens

Goed te herkennen aan
de blauwe bloemen in een dubbele schicht én de ruwe beharing van de hele plant én de onderste, grote bladeren, meestal verspreid wit gevlekt.



Bloeiperiode vanaf april tot in de herfst.
Zeldzaam tot zeer zeldzaam.
Hoogte 0,30 tot 1 m.
Doorsnede van de bloem 8 tot 10 mm.
Behoort tot de stinsenplanten.
Ook als tuinplant.



Overblijvende ossentong groeit in (heem)tuinen en op landgoederen. Ze verwildert langs bosranden, straten en heggen.



De bovenste bladeren zijn langwerpiger dan de onderste en ongesteeld.



De onderste bladeren zijn meestal verspreid wit gevlekt.



De bloemen zijn blauw. In de knop zijn ze roze.



De stengel is ruw behaard en geribd.



De bloemen hebben 5 kroonbladen en 5 witte keelschubben.


Vergelijkbare soorten
De bloemen van overblijvende ossentong lijken op vergeet-me-nietjes. Het enige vergeet-me-nietje dat qua formaat van de plant enigszins in de buurt komt bij overblijvende ossentong is Kaukasisch vergeet-me-nietje, een tuinplant uit de Kaukasus, die soms verwilderd. Vergeleken met Kaukasisch vergeet-me-nietje is overblijvende ossentong robuster, meer behaard en minder rijkbloemig. Ook hebben de onderste bladeren van Kaukasisch vergeet-me-nietje een duidelijk hartvormige voet en zijn ze niet wit gevlekt.





Bewerkte botanische illustratie
van overblijvende ossentong (Pentaglottis sempervirens).
Het origineel is van J.E. Soverby et al.; English Botany, or Coloured Figures of British Plants, ed. 3 [B], vol. 7: t. 1113 (1867).



Delen kan via je browser. Dank daarvoor !