Delen kan via je browser. Dank daarvoor !

Gele kamille
Anthemis tinctoria

Goed te herkennen aan
de gele op gewone margriet lijkende bloemhoofdjes én de viltig behaarde omwindselblaadjes én de geveerde bladeren.



Bloeiperiode vanaf juni tot en met september.
Zeldzaam tot zeer zeldzaam.
Hoogte 30 tot 60 cm.
Doorsnede van de bloem 2 tot 5 cm.



Gele kamille groeit open, droge grond langs spoorwegen en op zandvlakten en oude muren. De plant is zeer decoratief en is tevens bruikbaar als zandbinder. Ze wordt daarom wel in nieuwe bermen, op taluds en zandterreinen in stedelijke gebieden ingezaaid.



Gele kamille (Anthemis tinctoria) samen met zomerfijnstraal (Erigeron annuus)



De enigzins viltig behaarde bladeren zijn veerdelig met gelobde tot diep ingesneden slippen.



De hoofdjes hebben een hart van gele buisbloemen en een rand van gele drie-tandige straalbloemen.



De bloemen hebben viltig behaarde omwindselblaadjes.


Vergelijkbare soorten
Binnen de groep composieten met gele buis- en gele straalbloemen zijn gele kamille en gele ganzenbloem de enige twee met naar verhouding korte brede straalbloemen. Ze zijn daaraan makkelijk te herkennen.
Om gele kamille en gele ganzenbloem uit elkaar te kunnen houden kijk je naar het blad.
Het blad van gele ganzenbloem is kaal, iets vlezig, blauwgroen van kleur, grof getand tot veerspletig.
Het blad van gele kamille is viltig behaard en geveerd met gelobde tot diep ingesneden slippen.





Bewerkte botanische illustratie van
gele kamille (Anthemis tinctoria).
Het origineel is van J. Kops et al.; Flora Batava, vol. 4: t. 299 (1822).



Delen kan via je browser. Dank daarvoor !